Ga verder naar de inhoud
Ga verder naar de inhoud

Voe­der­bie­ten in het rantsoen van Rob Nijs

Praktijkveld

In Hamont-Achel runt jonge melkveehouder Rob Nijs samen met zijn vader een melkveebedrijf. Al jarenlang voorziet Rob voederbieten in het rantsoen van zijn melkvee. Hij is dan ook rotsvast overtuigd van hun meerwaarde. Ze hebben namelijk een hoge voederwaarde en zijn smaakmakers in het rantsoen, waardoor ze de voederopname stimuleren. Dit vertaalt zich in een hoger vet- en eiwitgehalte. 

B3W volgt het voederbietenperceel op

In 2025 volgt B3W het voederbietenperceel op, gelegen aan de huiskavel van Rob. Het perceel werd ingezaaid op 16 april 2025. Rob koos voor het ras Rialto, met zaaizaadontsmetting Force. Daarnaast zaaide hij ook gerst in. Die dient als antistuifdek om winderosie op zandgrond te voorkomen. Bovendien helpt gerst tegen bladluizen en verlaagt het de druk van vergelingsziekte. Rob past deze techniek al enkele jaren toe en is er heel tevreden over.

Wil je meer informatie rond dit overtuigingsveld? Neem dan contact op met B3W-begeleider Marijke Gijbels via email hidden; JavaScript is required.


Waarnemingsnetwerk bieten

De opvolging van Robs voederbieten gebeurt ook in het kader van het Waarnemingsnetwerk bieten, georganiseerd door het KBIVB (Koninklijk Belgisch Instituut tot Verbetering van de Biet). Via monitoring van bietenpercelen wil het netwerk telers adviseren over het juiste moment om te behandelen tegen plagen en ziektes, zodra schadedrempels overschreden worden.

April: eerste waarnemingen en kiemlobstadium

Op dinsdag 22 april voerde B3W de eerste waarnemingen uit op het voederbietenperceel bij Rob Nijs. De voorgaande teelt was gras. De voederbieten zijn ingezaaid op een afstand van ongeveer 19 cm van elkaar, met een tussenrijafstand van 50 cm. Op plekken waar de bieten nog niet zichtbaar gekiemd zijn, is hier en daar al gekiemde gerst te zien. Wie wat zand uit de rij wegschuift, merkt dat de voederbieten ondergronds al gekiemd zijn.

Overzicht van het perceel
Voederbieten reeds ondergronds gekiemd
Voederbieten reeds ondergronds gekiemd
Kiemlobstadium
Kiemlobstadium

Op dinsdag 29 april waren de voederbieten duidelijk zichtbaar in het kiemlobstadium. Ook de gerst was mooi opgekomen. De regen van enkele dagen voordien, gecombineerd met warme temperaturen, zorgde voor ideale groeiomstandigheden.

Maar ook de eerste zwarte bonenluizen werden gespot. Typische symptomen zijn opkrullende bladeren. Die ontstaan wanneer kleine kolonies zich voeden aan de onderkant van het blad en het sap opzuigen. Gelukkig zijn zwarte bonenluizen geen efficiënte overdragers van vergelingsziektevirussen. Er is dus geen reden tot paniek.

Mei: bieten van 2- tot 8-bladstadium

Een week later, op dinsdag 6 mei, stonden de meeste voederbieten al in het 2-bladstadium. Ook de antistuifdekgerst vertoonde een mooie groei. 

Om concurrentie met de bieten te vermijden, is het belangrijk om de gerst tijdig te vernietigen met een grassenbestrijdingsmiddel. Dat gebeurt best wanneer de gerst ongeveer 15 cm hoog staat. Wacht je te lang, dan is de gerst te sterk ontwikkeld en uitgestoeld, waardoor ze moeilijker te bestrijden is.

Links: overzichtsfoto voederbieten + antistuifdek gerst - Rechts: voederbiet in 2-bladstadium

Bij de monitoring van de bietenplantjes werden opnieuw zwarte bonenluizen waargenomen. Tegelijk zagen we ook natuurlijke predatoren zoals lieveheersbeestjes. Zoals eerder vermeld, zijn zwarte bonenluizen geen efficiënte overdragers van vergelingsziektevirussen. Een bestrijding is dus niet meteen nodig.

Links: gekrulde bladeren wijzen op plaaginsecten - Rechts: kolonie zwarte bonenluizen

Twee behandelingen tegen onkruid en gerst

Op woensdag 7 mei voerde Rob de eerste behandeling uit tegen kiemend onkruid en de antistuifdekgerst. Een tweede behandeling volgde zeven dagen later. Rob en zijn vader zijn ook dit jaar erg tevreden over de werking van de antistuifdekgerst. Die hielp om stuifschade te voorkomen, zeker op de droge zandgrond van de afgelopen weken (die stuiven in de hand werkt). Daarnaast merkten ze ook een lagere onkruiddruk op het perceel.

Ongevleugelde groene bladluis

Tijdens de waarnemingen op maandag 12 mei waren de eerste fytotoxische verschijnselen zichtbaar. De bladeren van de antistuifdekgerst en het kiemend onkruid begonnen te krullen en geel te kleuren. 

De voederbieten groeiden goed en bevonden zich vooral in het 4-bladstadium.

Het aantal kolonies zwarte bonenluizen leek afgenomen. Wel werd de eerste groene, ongevleugelde bladluis waargenomen. Toch is een behandeling nog niet nodig. De schadedrempel voor de periode april, mei en begin juni ligt op meer dan twee groene bladluizen per tien planten. Die drempel werd nog niet overschreden.

Irrigatieadvies op maat van het perceel

Door de aanhoudende droogte bekijkt Rob dagelijks of irrigatie op het voederbietenperceel nodig is. Daarbij steunt hij op het irrigatieadvies van Danone. Via regelmatige staalnames op het perceel levert Danone, in samenwerking met de Bodemkundige Dienst van België, gericht advies aan haar landbouwers.
 

Op woensdag 14 mei ontving Rob het irrigatieadvies:  irrigeren ten vroegste 25 mei, met een dosis van 25 mm. Die datum mag uitgesteld worden met één dag per 4 mm neerslag die intussen valt.

Maandag 19 mei bevinden de meeste planten zich al in het 6-blad stadium, al hadden velen het 8-bladstadium ook al bereikt. 

De antistuifdekgerst was nog steeds aanwezig op het perceel, al zichtbaar aangetast door de toegepaste gewasbeschermingsmiddelen. 

Er waren nog enkele kolonies zwarte bonenluizen te zien, maar hun aantal lijkt af te nemen.

Tot nu toe werd, zoals geadviseerd, nog geen irrigatie toegepast. De bieten ogen fris en gezond. Wie de wortel van dichtbij bekijkt, ziet een mooi ontwikkelde structuur die diep in de bodem op zoek gaat naar water.

Voederbiet in 6-bladstadium
Wortel van voederbiet in 6-bladstadium
27 mei - Wortel van voederbiet in 8-bladstadium

Een week later, op 27 mei, vertonen de voederbieten een mooie groei (ondanks de droge weersomstandigheden)! 

De meeste planten bevonden zich in het 8-bladstadium, al waren er ook nog exemplaren in het 4-bladstadium. Het perceel toont dus een heterogene groei. Dat verschil is mogelijk te wijten aan de droogte van de afgelopen weken. Planten die snel konden kiemen, gingen meteen op zoek naar dieper gelegen water. Dankzij hun diepe wortelgroei slagen ze er ook vandaag nog in om water op te nemen. Later gekiemde planten hebben het moeilijker.

De voorbije twee dagen viel er ongeveer 10 liter neerslag, en ook de komende dagen wordt nog regen verwacht. Die extra vochtigheid geeft de minder ontwikkelde bieten de kans om bij te benen.

27 mei - Links: overzicht voederbietenperceel + antistuifdek gerst - Rechts: voederbiet in 8-bladstadium

De antistuifdekgerst is nog steeds aanwezig op het perceel, al is ze duidelijk aangetast door de uitgevoerde bespuitingen. 

Insectenplagen werden niet meer waargenomen. Wel zijn er enkele natuurlijke vijanden actief, waaronder lieveheersbeestjes — zowel volwassen exemplaren als larven — en een weekschildkever. Deze insecten dragen bij aan de natuurlijke bestrijding van bladluizen.  

27 mei - Links: weekschildkever - Rechts: larve lieveheersbeestje

Juni: bieten in 10-bladstadium maar heterogene groei

Tijdens de waarnemingen op 2 juni bevonden de meeste voederbieten zich in het 10-bladstadium. Toch blijft de groei heterogeen: naast goed ontwikkelde planten zagen we ook nog veel kleinere bieten in het 6-bladstadium. 

De antistuifdekgerst is intussen mooi afgestorven door de uitgevoerde bespuitingen.

We vonden nog één kolonie zwarte bonenluizen, maar ook meerdere natuurlijke vijanden zoals lieveheersbeestjes (zowel larven als volwassen exemplaren).

Nieuw deze week is wildschade: op het perceel zijn bietenbladeren aangevreten.

Links: overzicht voederbietenperceel + antistuifdek gerst - Rechts: voederbiet in 10-bladstadium
Links: wildschade - Rechts: wortel van voederbiet in 10-bladstadium
Overzichtsfoto voederbietenperceel op 8 juli 2025

Juli: gezonde bieten en verdere veldwaarnemingen

De wekelijkse waarnemingen werden in juli voortgezet. De voederbieten groeiden uit tot stevige, gezonde planten met veel bladloof en een mooi ontwikkelende biet. De zwarte bonenluizen verdwenen, net als de andere plaaginsecten.

Bladziekten onder de loep

Sinds begin juli 2025 verschoof de focus van de wekelijkse waarnemingen op het voederbietenperceel van insectenplagen naar bladziekten. De aandacht gaat daarbij vooral naar Cercospora, Ramularia, witziekte en roest, maar we houden ook andere mogelijke bladziekten en bladdeficiënties in het oog.

Tot op vandaag, 22 juli 2025, zijn er enkele gevallen van Cercospora en Ramularia vastgesteld, maar geen enkele ziekte overschreed de schadedrempel. Een chemische behandeling was dus nog niet nodig.

Rob besloot begin juli wel om zijn voederbieten te beregenen. Dankzij voldoende water en de warmere weersomstandigheden staat het perceel er momenteel bijzonder mooi bij.

Voederbietenperceel op 22 juli 2025

De wekelijkse waarnemingen naar bladziekten werden nauwgezet voortgezet.

  • Eind juli werd de schadedrempel voor Cercospora bereikt. Landbouwer Rob besloot daarop chemisch in te grijpen met het middel Spyrale, toegepast aan een dosis van 1 liter per hectare.
  • Ook Ramularia en witziekte kwamen voor op het perceel.
  • Roest werd pas voor het eerst waargenomen op maandag 1 september.

Intussen werd het voederbietenperceel al zes keer beregend, telkens op advies van de Bodemkundige Dienst van België in samenwerking met Danone.

Verschillende bladziekten waargenomen op het perceel: Cercospora (links), witziekte (midden) en roest (rechts).
Verschillende bladziekten waargenomen op het perceel: Cercospora (links), witziekte (midden) en roest (rechts).

Tijdlijn voederbieten

De tijdlijn hieronder geeft je een mooi overzicht van de groei van de voederbieten vanaf de zaai.

Terugblik TUM 'Een bietje slim voeren – van geïntegreerde aanpak tot melkproductie'

Tijdens deze TUM, die plaatsvond dinsdag 14 oktober 2025, werd uitgebreid stilgestaan bij de teelt en het gebruik van voederbieten. We startten met een korte voorstelling van de landbouwer en het betrokken perceel, gevolgd door de teeltpraktijk. Daarbij gingen we dieper in op het gebruik van antistuifdek gerst en bespraken we het verloop van het perceel aan de hand van de blog


Een belangrijk onderdeel van deze TUM was de bestrijding van plagen en bladziekten. We lichtten het waarnemingsnetwerk voor bieten toe, bekeken voorbeelden uit de theorie en foto’s, en gingen ook het veld in om zelf op zoek te gaan naar bladziekten.
Daarnaast kwam ook het vervoederen van bieten aan bod, met aandacht voor de praktische toepassingen op het bedrijf.


Tot slot bespraken we de troeven en aandachtspunten van de teelt in meer detail.

Troeven van voederbieten
1.    Hoge voederwaardeopbrengst
2.    Smakelijkheid en positief effect op het vetgehalte van melk
3.    Klimaatrobuustheid
4.    Hoge stikstofopname
5.    Goede inpasbaarheid in de teeltrotatie


Aandachtspunten
1.    Rhizoctonia
2.    Bewaring
3.    Gewasbescherming
4.    Bemesting (B/K)
5.    Suikergehalte in het rantsoen

Landbouwer Rob zit bijna doorheen zijn perspulp. Het voederbietenperceel zal dan ook ergens in de 2de helft van oktober 2025 gerooid worden waarna er grasland zal worden ingezaaid. 

Heb je vragen?

Bekijk de aankomende evenementen email hidden; JavaScript is required

Een blik op de praktijk

Met de praktijkvelden ondersteunt B3W landbouwers die een bepaalde goede praktijk willen toepassen op het eigen bedrijf. We volgen via een blog zoals deze, die regelmatig wordt aangevuld, de verschillende acties op die we nemen op het veld, de ervaringen van de landbouwer en de uiteindelijke resultaten. De voorbije jaren werden er nog heel wat praktijkvelden opgevolgd, bekijk zeker eens het overzicht!