Meet de infiltratiecapaciteit van je bodem
Bodemkwaliteit visueel beoordelen Tool- Bodemkwaliteit
- Beoordeling bodemkwaliteit
De infiltratiecapaciteit is een goede indicator voor de fysische bodemkwaliteit, het heeft namelijk een directe relatie met de kwaliteit van de structuur, en de aanwezigheid van continue macroporiën in het veld. Je kan de infiltratiecapaciteit van een bodem op verschillende manieren nagaan.
Aan de oppervlakte kunnen signalen zoals verslemping of plassen op de bodem op een lage infiltratiesnelheid duiden. Met een visuele observatie zoals deze kan je al een snel beeld vormen van de infiltratiecapaciteit, maar voor een meer correcte bepaling zijn kwantitatieve methodes nodig. Je kan de infiltratiecapaciteit bepalen door de infiltratiesnelheid (= volume geïnfiltreerd water per minuut) gedurende een bepaalde tijd te meten.
Wat heb je nodig?
- Ring (pvc of metaal) van 20 cm hoog en 15 cm doorsnede,
- Rubberen hamer,
- Blok hout,
- Meetlat,
- Chronometer,
- Enkele emmers water
Hoe ga je te werk?
Deze Infiltratiemetingen voer je bij voorkeur uit op een drietal - voor het landbouwperceel representatieve - plaatsen. Vermijd hierbij best akkerranden en plaatsen waar de bodem gecompacteerd of gescheurd is. Metingen worden idealiter in het voorjaar uitgevoerd vanaf 1,5 maand na de eerste bodembewerking waarbij de bodem niet te nat (minimum drietal dagen na een regenbui) en niet te droog is.
- Vermijd rijpaden of de kopakker die een verstoring van de meting kunnen geven, en knip de eventuele begroeiing weg zonder de bodem te verstoren;
- Druk of sla voorzichtig met behulp van het houten blok en de rubberen hamer de ring recht naar beneden (minimaal 3 cm in de bodem);
- Druk de grond aan de binnenzijde van de ring licht aan om lekkage langs de ring zelf te voorkomen;
- Plaats een meetlat verticaal in de ring;
- Vul de ring met water tot op een hoogte van bijvoorbeeld 15 cm;
- Start de chronometer van zodra de ring is opgevuld en noteer elke minuut de waterhoogte. Vul de ring bij met water tot de initiële hoogte telkens als het waterniveau 10 cm is gezakt. De tijd op de chronometer wordt niet stopgezet tijdens deze acties! Naarmate de meting vordert, zal de infiltratiesnelheid afnemen;
- Zet de meting verder tot de infiltratiesnelheid niet meer verandert. Wanneer de bodem volledig verzadigd is, wordt een constante infiltratiesnelheid bereikt;
- Herhaal dit op ten minste twee andere plekken (opmerking: de infiltratiesnelheid is zeer variabel waardoor metingen sterk uiteen kunnen lopen).
Als (eenvoudige) variant kan gechronometreerd worden hoe lang het duurt voordat een bepaald volume water volledig in de bodem infiltreert:
- Gebruik hiervoor dezelfde plastieken ring (15 cm doorsnede);
- Hamer de ring bij voorkeur 7,5 cm diep in de bodem;
- Giet 450 ml water in de ring (+- 2,5 cm waterhoogte);
- Chronometreer de tijd dat het water nodig heeft om in de bodem in te dringen;
- Herhaal de meting;
- Gebruik de tweede meting bij de evaluatie (deze is minder beïnvloed door recente weersomstandigheden - de eerste meting kan mogelijks enkel de bodem bevochtigen).
Hoe evalueren?
Een afname in infiltratiesnelheid kan wijzen op een verstoorde bodemstructuur. Mogelijke oorzaken zijn verslemping, afname in macroporositeit, of een gecompacteerde bodem. Dit kan leiden tot problemen met waterhuishouding en bodemverluchting, wat nadelig is voor de gewassen.
De interpretatie van de metingen van infiltratiesnelheid moet met enige voorzichtigheid gebeuren. De methode hierboven maakt gebruik van een enkele ring. Hier kunnen verhoogde waarden opgetekend worden als gevolg van zijwaartse (laterale) waterstroming. Dat kan je vermijden door gebruik te maken van een dubbele ring.
Onderstaande tabel geeft de infiltratiecapaciteit (streefzones aangeduid met een onder- en bovengrens) van verschillende bodemtypes weer. Idealiter ligt de gemeten infiltratiecapaciteit binnen de streefzone voor het bodemtype in kwestie. Daarnaast kunnen de meetresultaten op een perceel ook steeds onderling vergeleken worden (in ruimte en in tijd).
Tabel: Infiltratiecapaciteit (streefzonde aangeduid met onder- en bovengrens) voor verschillende bodemtypes. (Bron: Bodem kit 2012)